Restverdiencapaciteit geeft aan hoeveel geld je nog kan verdienen volgens het UWV als je ziek of arbeidsongeschikt bent. Dit is een belangrijk onderdeel van de beoordeling of je een Ziektewetuitkering of een WIA-uitkering krijgt.

De verzekeringsarts van het UWV stelt jouw arbeidsbeperkingen vast. Hij gebruikt hiervoor de Functionele Mogelijkhedenlijst (FML). Daarna kijkt de arbeidsdeskundige in het CBBS-systeem wat voor werk (gangbare arbeid) jij nog wel kan doen, ondanks je ziekte. Op basis daarvan wordt een uurloon berekend en daarmee wordt vastgesteld hoeveel jij nog (in theorie!) kan verdienen. Dat is de restverdiencapaciteit. Kan jij minder dan 65% van je oude loon verdienen volgens het UWV? Dan krijg je een Ziektewetuitkering of een WIA-uitkering.