Bezwaar of beroep Wajong

De Wajong (Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten) regelt het recht op een uitkering voor (meestal jonge) mensen die niet kunnen werken en dit ook (vaak) niet hebben kunnen doen in hun leven. Daarom hebben deze mensen vaak geen recht op een Ziektewetuitkering of een WIA-uitkering. Meer informatie over deze uitkeringen vind je op deze pagina’s Bezwaar of beroep Ziektewet en Bezwaar of beroep WIA.

Sinds 2015 zijn de voorwaarden om een Wajong te krijgen heel streng geworden. Daardoor kom je niet snel in aanmerking voor een Wajong. Als je eenmaal een Wajong-uitkering krijgt, dan houd je die meestal de rest van je leven. En dat geeft rust.

Het UWV wijst vaak aanvragen om een Wajong-uitkering af, maar dat is best vaak onterecht. Laat je daarom bijstaan door een gespecialiseerde advocaat, die weet aan welke voorwaarden je moet voldoen en wanneer je in aanmerking kan komen. Ook bij het UWV werken mensen, en mensen kunnen nu eenmaal fouten maken. Het is belangrijk dat je de mogelijkheid hebt en gebruikt om die fouten recht te zetten.

Wij hebben al diverse keren kunnen zorgen dat een klant toch een Wajong-uitkering kreeg, terwijl het UWV dit bleef weigeren. Via de rechter konden we afdwingen dat de klant toch Wajong kreeg uitbetaald (met terugwerkende kracht).

Voorwaarden Wajong

Tegenwoordig kan je alleen een Wajong-uitkering krijgen als je op je 18e verjaardag (of kort nadat je klaar of gestopt bent met studeren) duurzaam geen arbeidsvermogen hebt. Dat betekent dat je op dat moment en in de toekomst geen mogelijkheid hebt om te werken. Dit is een hele strenge eis, want volgens het UWV heb je wél arbeidsvermogen als je bijvoorbeeld beschut werk kan doen. Dat is werk in een aangepaste omgeving, speciaal voor mensen met een lichamelijke, verstandelijke of psychische beperking. Zij hebben meer begeleiding en aanpassing van hun werkplek nodig dan van een reguliere werkgever is te verwachten.
Als je alleen kunt werken met begeleiding of met een voorziening (soort hulp, bijvoorbeeld speciaal vervoer om op je werk te komen), dan geldt ook dat je volgens het UWV wél arbeidsvermogen hebt.
Je hebt arbeidsvermogen als je aan de volgende vier eisen kan voldoen:

• je kan een taak uitvoeren in een arbeidsorganisatie. Het UWV kijkt dan of je één bepaalde taak van een functie kan uitvoeren; bijvoorbeeld post sorteren.
• Je hebt basale werknemersvaardigheden. Daarmee wordt bedoeld of je instructies kan begrijpen en uitvoeren en of je je kan houden aan afspraken met je baas.
• Je kan ten minste één uur aaneengesloten werken. Dus dat je één uur je aandacht kan houden bij je werk (of dat je voldoende energie hebt om één uur achter elkaar zonder pauze te werken).
• Je kan ten minste vier uur per dag werken. Dit hoeft niet achter elkaar te zijn. Ook hierbij wordt gekeken of je genoeg energie hebt om gedurende de hele werkdag vier uren te werken.

De beoordeling wordt gedaan door een verzekeringsarts en een arbeidsdeskundige. Als je het niet eens bent met het oordeel van het UWV, is het erg verstandig om niet zonder hulp in bezwaar te gaan. Er zijn namelijk veel instructies, richtlijnen en uitspraken van rechters over de manier waarop het UWV moet beoordelen of je Wajong kan krijgen of niet. Het is absoluut noodzakelijk om dat te weten, omdat het anders bijna onmogelijk is om het UWV of de rechter ervan te overtuigen dat je wel recht hebt op een Wajong. Dat is niet alleen zo bij het beoordelen of je arbeidsvermogen hebt, maar vooral bij de vraag of in de toekomst is uit te sluiten dat je niet kan werken. Meer informatie daarover vind je in deze blog.