Gang van zaken procedure tegen de overheid
Een beslissing van de overheid, bijvoorbeeld van de gemeente, het UWV of de Belastingdienst, wordt vaak via een brief bekend gemaakt. Deze brief heet een besluit. Als je het er niet mee eens bent, kan je in bezwaar gaan. Vaak moet eerst een bezwaarprocedure worden gevolgd. Daarna kan je pas in beroep gaan bij de rechtbank.
Bezwaartermijn
Een bezwaar moet via een brief bij een bestuursorgaan (gemeente, UWV, etc) bekend gemaakt worden. Deze brief is een bezwaarschrift. Het bezwaarschrift moet meestal binnen zes weken na de datum van het besluit worden ingediend. Een veel gemaakte fout is dat een bezwaarschrift te laat wordt ingediend. Dan wordt het bezwaarschrift simpelweg niet in behandeling genomen (niet-ontvankelijk verklaard).
Let op! De zes weken gaan (meestal) in vanaf de datum van verzending van het besluit. Dus niet vanaf de datum van ontvangst door jou.
Let op! Bij sommige beslissingen over de Ziektewet geldt een kortere bezwaartermijn (van twee weken).
Ben je te laat? Neem voor de zekerheid contact met ons op, zodat we kunnen kijken wat we voor je kunnen doen.
De bezwaarprocedure
Per soort besluit en per bestuursorgaan kan de gang van zaken in de bezwaarprocedure erg verschillen. Meer informatie vind je hier:
Bezwaar / beroep WIA
Bezwaar / beroep Wajong
Bezwaar / beroep WW
Bezwaar / beroep Zw
Bezwaar / beroep bijstand (Participatiewet)
Bezwaar / beroep Wmo
Bezwaar / beroep SVB
Bezwaar / beroep Belastingdienst
Bezwaar / beroep Zorgkantoor
Beslistermijn bezwaar
De standaardtermijn waarbinnen het bestuursorgaan moet beslissen is zes weken na de bezwaartermijn. Als de bezwaartermijn zes weken is, dan is de beslistermijn dus twaalf weken vanaf de datum van het besluit waartegen je bezwaar maakt. De beslistermijn kan worden opgeschort en verlengd. Als het bestuursorgaan te laat is met beslissen, kan je misschien een dwangsom (geldbedrag) krijgen. Meer informatie over beslistermijnen en dwangsommen vind je hier.
Als je de behandeling van je bezwaar niet kan afwachten, bijvoorbeeld omdat je dan in financiële problemen komt, kan het in sommige gevallen nodig zijn om via een spoedprocedure bij de rechtbank een voorlopige voorziening (vovo) te vragen. Lees hier daar meer over.
Beroepstermijn bij de rechtbank
Naar aanleiding van het bezwaar kijkt het bestuursorgaan opnieuw naar jouw aanvraag of situatie. Vervolgens wordt een beslissing op bezwaar genomen. Als je het nog steeds niet eens bent met de beslissing, dan kan je hiertegen in beroep gaan bij de rechtbank. In de beslissing op bezwaar staat bijna altijd hoe je dit kan doen en bij welke rechtbank het beroep moet worden ingediend. Dit kan via een brief aan de rechtbank, maar tegenwoordig kan je dit ook doen via internet (met DigiD).
De beroepstermijn is meestal zes weken. Ook hierbij gaat het om de zes weken vanaf de datum (van verzending) van de beslissing op bezwaar (dus niet de datum van ontvangst).
De beroepsprocedure
Ook bij de rechtbank kan de procedure per zaak verschillen. Vaak dien je eerst schriftelijk de gronden van beroep in, waarbij je uitlegt waarom je het niet eens bent met de beslissing van het bestuursorgaan. Meestal reageert het bestuursorgaan dan met een verweerschrift, waar eigenlijk altijd in staat dat ze vinden dat zij gelijk hebben. Daarna wordt een zitting ingepland bij de rechtbank. Tijdens die zitting stelt de rechter allerlei vragen aan jou en aan het bestuursorgaan, om zo alle informatie te krijgen die nodig is voor een uitspraak. Ook wordt nog wel eens geprobeerd om tot een schikking te komen. Zes weken na de zitting doet de rechter uitspraak. Soms lukt dat niet en wordt de uitspraak (soms zelfs meerdere keren) uitgesteld.
Beslistermijn beroep
Er geldt geen wettelijke beslistermijn voor de rechtbank om uitspraak te doen. Een procedure bij de rechtbank kan zo een jaar duren. Er geldt wel een ‘redelijke termijn’, waarbinnen je zaak behandeld moet zijn. Als uitgangspunt geldt als ‘redelijke termijn’ vier jaar voor alle procedures bij elkaar: een half jaar voor de bezwaarprocedure, anderhalf jaar voor het beroep bij de rechtbank, en twee jaar voor het hoger beroep. Maar dit kan per zaak verschillen. Als de behandeling van je zaak te lang duurt, kan je de rechtbank vragen om een schadevergoeding wegens het overschrijden van de redelijke termijn (op grond van artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, het EVRM). Dit moet je wel op tijd doen!
Hoger beroep
Als de rechtbank uitspraak (vonnis) heeft gedaan en jou niet (volledig) in het gelijk heeft gesteld, dan kan je nog in hoger beroep. Meestal is dat bij de Centrale Raad van Beroep in Utrecht of bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State in Den Haag. Dat hangt af waar je zaak over gaat. De termijn om hoger beroep in te stellen is meestal zes weken na de datum van de verzending van de uitspraak.
Hoger beroep is zeker niet kansloos, ook al heeft de rechtbank je niet gelijk gegeven. Het komt vaak voor dat in hoger beroep een uitspraak van de rechtbank wordt ‘vernietigd’ en dat er een andere uitspraak voor in de plaats komt.
Ook als je wel gelijk krijgt van de rechtbank, kan het zijn dat er een hoger beroepsprocedure komt. Het bestuursorgaan, zoals het UWV, kan namelijk ook in hoger beroep gaan als ze het niet eens zijn met de beslissing van de rechtbank. Soms berusten ze wel in de uitspraak, maar regelmatig ook niet. Dat is erg vervelend, want vaak voert het UWV de uitspraak van de rechtbank niet uit totdat er een uitspraak op het hoger beroep is gedaan. Dat betekent dat je soms twee jaar extra moet wachten. Neem contact op om te horen of het in jouw geval mogelijk is om bijvoorbeeld een voorlopige voorziening aan te vragen. Meer informatie over een kort geding (vovo) vind je hier.
Vragen? Neem gerust contact met ons op
Snel antwoord op je vragen. Dat is wat je graag wilt