Beslistermijnen en dwangsommen
Als je een aanvraag indient bij de overheid, heb je het recht dat binnen een bepaalde termijn er een antwoord komt. Dit kan verschillen per wet. Ook als je een bezwaar hebt ingediend, moet het bestuursorgaan (bijvoorbeeld het UWV, de SVB, de gemeente of de Belastingdienst) dit binnen een aantal weken afhandelen.
Redelijke termijn aanvraag
Voor een aanvraag geldt een redelijke termijn. Volgens de wet is die redelijke termijn in principe voorbij na acht weken na jouw aanvraag.
Beslistermijn bezwaar
Voor bezwaarschriften geldt dat de beslistermijn gaat lopen nadat de bezwaartermijn is afgelopen. De beslistermijn is zes weken, maar dat kan eenmalig door het bestuursorgaan verlengd worden met nogmaals zes weken. Verder uitstel kan in principe alleen als ze jouw toestemming daarvoor vragen vóór het einde van de beslistermijn. Het komt wel voor dat een gemeente een onafhankelijke bezwaarschriftencommissie instelt, die het bezwaar behandelt en daarna advies geeft aan de gemeente welke beslissing op bezwaar moet worden genomen. In dat geval is de oorspronkelijke beslistermijn niet zes, maar twaalf weken. Ook deze termijn kan met zes weken worden verlengd.
Bij arbeidsongeschiktheidsbeoordelingen mag de bezwaarprocedure langer duren (17 weken). Dat is omdat er vaak medisch onderzoek moet plaatsvinden, wat veel tijd kost. Dan is het ook in jouw belang dat er iets meer tijd wordt genomen om zorgvuldig onderzoek te doen. Deze termijn kan ook eenmalig met zes weken worden verlengd.
Samengevat:
- De beslistermijn gaat lopen 6 weken ná het besluit waartegen je bezwaar maakt;
- Standaard beslistermijn is 6 weken;
- Wordt het bezwaar behandeld door een bezwaarschriftencommissie? Dan is de beslistermijn 12 weken.
- Gaat het bezwaar over een medische zaak (ziekte, arbeidsongeschiktheid)? Dan is de beslistermijn 17 weken.
- In alle gevallen kan de beslistermijn eenmalig met 6 weken worden verlengd.
- Daarna kan de beslistermijn alleen met jouw toestemming worden verlengd.
Te lang wachten? Stuur een ingebrekestelling
Als de overheid (een bestuursorgaan) te laat is met beslissen, kan dat hele vervelende gevolgen hebben. Om ervoor te zorgen dat je zo snel mogelijk antwoord krijgt, kan je verschillende dingen doen. Bijvoorbeeld een brief sturen waarin je aangeeft dat het bestuursorgaan te laat is en waarin verzoekt om binnen twee weken alsnog een beslissing te nemen. Doe dit pas nadat de beslistermijn is verlopen. Zo'n brief heet een ingebrekestelling.
Als het bestuursorgaan daarna niet binnen twee weken een besluit neemt, moeten ze na die twee weken een dwangsom betalen voor elke dag dat ze te laat zijn. Dit kan oplopen tot een maximum van € 1.442.
Beroep niet tijdig beslissen
Ook kan je na die twee weken beroep instellen bij de rechtbank tegen het ‘niet tijdig beslissen’ door het bestuursorgaan. De rechtbank kan dan beslissen dat het bestuursorgaan binnen een bepaalde termijn alsnog een beslissing nemen. Als ze dat niet doen, dan kan de rechter een (nog) hogere dwangsom opleggen, om het bestuursorgaan te dwingen een besluit te nemen.
De wet over de dwangsommen geldt niet voor elke aanvraag of elk bezwaar. Zo zijn aanvragen op grond van de Wet openbaarheid bestuur (WOB) inmiddels uitgesloten.
Wij kunnen helpen om een snellere beslissing af te dwingen bij de overheid of rechter. Neem vrijblijvend contact op, zodat je kan voorkomen dat je eindeloos moet wachten op een besluit.
Vragen? Neem gerust contact met ons op
Snel antwoord op je vragen. Dat is wat je graag wilt